In de schemer van de tijd, waar schaduwen dansen,
Vindt de ziel haar weg in stille trance.
Een zachte cadans van gedachten en dromen,
Een poëtische reis waar we samen in stromen.

Op het doek van de nacht schildert de maan,
Een weefsel van verhalen, een eeuwig bestaan.
Sterren fluisteren geheimen in het oor,
Van liefde, verlies en het leven dat we doorstaan.

In de tuin van herinneringen bloeien zinnen,
Als bloemen van betekenis, ontvouwen binnen.
De echo’s van gelach, het fluisteren van spijt,
Verweven in de nacht, waar het verleden ons leidt.

De wind draagt melodieën van verlangen,
Een symfonie van emoties, als een eindeloze zangen.
Gedachten zweven als vlinders in de lucht,
Op zoek naar rust, in de stille nachtvlucht.

In de spiegels van de ziel weerspiegelt de tijd,
Een kronkelend pad van vreugde en spijt.
Maar in deze dans van reflecties en schijn,
Vinden we betekenis, in elk moment fijn.

Laat de woorden dansen als vlinders in de lucht,
Een gedicht van het hart, een fluistering, een zucht.
In de stilte van de nacht, in het licht van de maan,
Vindt de poëzie haar weg, als een eeuwig bestaan.