WANNEER IS GENOEG GENOEG?
Een dadaïstisch kunstwerk, een collage van woorden en ideeën, gevormd door chaos, absurditeit en reflectie:
DE NATUUR HUILT IN CAPSLOCK
(OF IS HET EEN VLAMMENDE WAAKHOND?)
BOEM. BAM. VERNIETIGING.
Bomen dansen de laatste tango,
in de schaduw van een bommenkrater.
Oorlogen zijn het orkest van wanhoop.
Grootmachten spelen schaak
met onze lucht, onze grond, onze zeeën,
en winnen altijd, want hun koning is een goudstaaf.
DE NATUUR SCHREEUWT: “STOP! STOP!”
Maar wij? Wij luisteren niet.
Onze kust verbergt geheimen,
gifschatten in watergraven.
In Zeebrugge liggen de spoken van onze toekomst,
te roesten tussen de vissen.
“WAAR ZIJN DE BIJEN?” vraagt de bloem.
“WAAR ZIJN DE VOGELS?” schreeuwt de lucht.
Ze zijn er niet meer,
net als de madeliefjes, de rozen,
die ooit vrolijke pirouettes maakten in mijn tuin.
Een oude herder genaamd Hans
(ja, echt waar, Hans uit Zwitserland)
ziet de bossen verdwijnen.
Zijn hart breekt
in duizend groene splinters.
DUURZAAMHEID IS DE RELIGIE VAN DE ABSURDISTEN.
Windturbines zijn onze kathedralen,
zonnepanelen de gebrandschilderde ramen.
Wij bidden tot de zon en fluisteren naar de wind,
in de hoop dat ze ons vergeven.
De wereld is een draaimolen van chaos,
maar wij zijn de kinderen die blijven lachen,
zelfs als het ding op hol slaat.
Europa, sta op!
Of blijf liggen en zie hoe het water stijgt.
Maar vergeet niet: chaos is prachtig,
en absurditeit is de sleutel
tot een betere morgen.
Titel:
Een Pijnlijke Ingeving: Waarheid in de Chaos
Klaar voor de muur in de ART-Galerie? 😊
Mensen, ook die van hier, en ginder, lees, luister.
Hoe vaak moet de wereld nog sterven voordat we begrijpen dat we haar nodig hebben? Onze bomen, ooit eeuwenoude wachters van het leven, zijn al generaties verdwenen. Wat nu groeit, is een schim van wat er ooit was. En de grond, de rivieren, de lucht – ze zitten vol met het gif dat wij zelf hebben toegelaten. Kijk naar onze kust, naar Zeebrugge, de paardemarkt: een kerkhof van wat ooit leefde, een vuilnisbak van vergane glorie.
De politiek? Een poppenkast.
Ooit was het een middel om te dienen. Nu is het een spel voor de rijken, de machtigen, de oligarchen. Ze zeggen dat ze vooruitkijken, maar de stijgende zeeën hebben ze nog niet eens gezien. Wat als het water hier komt? Wat dan? Veel planbureaus. Geen plannen, geen antwoorden. Alleen meer leegte, meer spelletjes, meer geld.
Onze natuur, ons probleem.
We kunnen blijven wijzen – naar de politiek, naar de industrie – maar waar is onze vinger naar onszelf? Elke auto die rijdt, elke boom die niet wordt geplant, elke plastic fles die wordt weggegooid, draagt bij aan de puinhoop waarin we leven. Dit is ons huis. Wat doen we eraan?
Dit is geen oproep. Dit is een waarschuwing.
Wil je wachten tot Brugge en verder echt weer onder water staat? Tot de bomen, de vogels, de bijen allemaal verdwenen zijn? Of gaan we nu iets doen? Plant een boom. Maak je buurt schoon. Laat je stem horen. Niet omdat het kan, maar omdat het moet.
Er is geen tweede kans.
De natuur heeft ons zoveel gegeven. Nu is het aan ons om haar terug te geven wat we haar hebben ontnomen. Als we nu niets doen, zullen we allemaal verdwijnen – niet met een knal, maar met een fluistering.
Met woede en liefde,
Jean-Pascal Salomez